Wel of niet?
Op internet vind je (heftige) discussies over het al dan niet (na)bewerken van foto’s.
Een stelling tegen is:
Een stelling voor is:
Ik ben aanhanger van deze 2e stelling. Niet elke foto is op het moment van maken optimaal. Fotocamera’s hebben beperkingen. Met fotobewerking is dat te optimaliseren. De verhoudingen tussen lichte en donkere delen in een foto zijn aan te passen. Het op een goede manier uitsnijden van een foto, kan een compositie aanzienlijk verbeteren. Het merendeel van de fotografen bewerkt de foto’s. Daar is niets mis mee. In het analoge tijdperk werden de afdrukken in de donkere kamer ook bewerkt, door een juiste uitsnede te kiezen en delen van foto’s meer/minder te belichten.
In veel gevallen maakt een beetje bewerken het verschil tussen een aardig kiekje en een mooie foto.
Is fotobewerking moeilijk?
Dat valt reuze mee. Alleen, het is vaak handig om even op weg geholpen te worden. Als je de basis kent, is het goed te doen om je zelf verder te ontwikkelen, door je kennis via bv internetsites te verruimen. Een cursus voor beginners is daarom aan te bevelen. Veel tijd hoeft het ook niet te kosten. Beheers je de techniek dan is het bewerken van een foto met een paar muisklikken geregeld. Maar pas op: het kan wel verslavend zijn ;-).
Bedenk ook dat niet alle gemaakte foto’s bewerkt moeten worden. Vaak kun je de gemaakte foto’s naderhand onderverdelen in 3 categorieën: rommel, bewaren, gebruiken. De rommel kan gelijk weg (slechte compositie, onscherpte, slecht belicht). De beste foto’s ga je gebruiken en de overige bewaar je vaak voor de zekerheid.
Welke software?
Ik gebruik zowel Lightroom als Photoshop, beide van Adobe.
Jarenlang gebruikte ik alleen Photoshop. Nu vooral Lightroom en in die situaties waarmee ik een handeling niet in Lightroom kan doen omdat Lightroom die mogelijkheid niet heeft, schakel ik over op Photoshop. Zie hier enkele voorbeelden daarvan.
In Lightroom kun je op een geweldig mooie manier al je foto's archiveren. Nog belangrijker: je vindt de foto's ook heel eenvoudig weer terug. Ik adviseer altijd de foto's te maken in RAW. Foto's gemaakt in RAW zijn beter/uitgebreider te bewerken. In tegenstelling tot in JPG gemaakte foto's, beschik je altijd over alle informatie welke de camera op pixel niveau heeft vastgelegd. Bij JPG foto's heeft de camera al een bewerking/compressie uitgevoerd.
Het bewerken van RAW-foto's gaat echt mooi en snel in Lightroom. Zijn er meerdere foto's onder gelijke omstandigheden gemaakt, dan kan de bewerking van één foto met een simpele handeling op een hele serie foto's worden toegepast. Vele handelingen kunnen ook min of meer worden geautomatiseerd.
Op internet vind je (heftige) discussies over het al dan niet (na)bewerken van foto’s.
Een stelling tegen is:
- maak goede foto’s, besteed daar veel aandacht aan, dan is nabewerken niet nodig.
Een stelling voor is:
- probeer een foto zo optimaal mogelijk te maken. Een goede basis is heel belangrijk. Waar nodig kun je de foto’s prima nabewerken in een foto bewerkingprogramma.
Ik ben aanhanger van deze 2e stelling. Niet elke foto is op het moment van maken optimaal. Fotocamera’s hebben beperkingen. Met fotobewerking is dat te optimaliseren. De verhoudingen tussen lichte en donkere delen in een foto zijn aan te passen. Het op een goede manier uitsnijden van een foto, kan een compositie aanzienlijk verbeteren. Het merendeel van de fotografen bewerkt de foto’s. Daar is niets mis mee. In het analoge tijdperk werden de afdrukken in de donkere kamer ook bewerkt, door een juiste uitsnede te kiezen en delen van foto’s meer/minder te belichten.
In veel gevallen maakt een beetje bewerken het verschil tussen een aardig kiekje en een mooie foto.
Is fotobewerking moeilijk?
Dat valt reuze mee. Alleen, het is vaak handig om even op weg geholpen te worden. Als je de basis kent, is het goed te doen om je zelf verder te ontwikkelen, door je kennis via bv internetsites te verruimen. Een cursus voor beginners is daarom aan te bevelen. Veel tijd hoeft het ook niet te kosten. Beheers je de techniek dan is het bewerken van een foto met een paar muisklikken geregeld. Maar pas op: het kan wel verslavend zijn ;-).
Bedenk ook dat niet alle gemaakte foto’s bewerkt moeten worden. Vaak kun je de gemaakte foto’s naderhand onderverdelen in 3 categorieën: rommel, bewaren, gebruiken. De rommel kan gelijk weg (slechte compositie, onscherpte, slecht belicht). De beste foto’s ga je gebruiken en de overige bewaar je vaak voor de zekerheid.
Welke software?
Ik gebruik zowel Lightroom als Photoshop, beide van Adobe.
Jarenlang gebruikte ik alleen Photoshop. Nu vooral Lightroom en in die situaties waarmee ik een handeling niet in Lightroom kan doen omdat Lightroom die mogelijkheid niet heeft, schakel ik over op Photoshop. Zie hier enkele voorbeelden daarvan.
In Lightroom kun je op een geweldig mooie manier al je foto's archiveren. Nog belangrijker: je vindt de foto's ook heel eenvoudig weer terug. Ik adviseer altijd de foto's te maken in RAW. Foto's gemaakt in RAW zijn beter/uitgebreider te bewerken. In tegenstelling tot in JPG gemaakte foto's, beschik je altijd over alle informatie welke de camera op pixel niveau heeft vastgelegd. Bij JPG foto's heeft de camera al een bewerking/compressie uitgevoerd.
Het bewerken van RAW-foto's gaat echt mooi en snel in Lightroom. Zijn er meerdere foto's onder gelijke omstandigheden gemaakt, dan kan de bewerking van één foto met een simpele handeling op een hele serie foto's worden toegepast. Vele handelingen kunnen ook min of meer worden geautomatiseerd.